© Yvonne Verhulsdonk

Duurzaamheid, dierenwelzijn en inclusie: het zijn niet alleen woorden, maar kernwaarden die het werk van Mirjam van Elst richting geven. Ze heeft een eigen bedrijf als marketeer, storyteller en tekstschrijver. Toch begon haar loopbaan heel anders.
Ruim 20 jaar werkte ze in de veterinaire farmaceutische industrie. Ze leidde internationale miljoenenprojecten, reisde de wereld over en was volledig gefocust op business. Duurzaamheid speelde geen rol. Totdat ze besefte dat de bedrijfswereld waarin ze opereerde niet langer bij haar paste. Het was tijd voor een radicale koerswijziging.
Als marketeer, storyteller en tekstschrijver combineert ze passie met ervaring. Ze werkt voor bedrijven en initiatieven die zich inzetten voor een inclusieve en duurzame wereld. Haar speerpunten? Mensen- en dierenrechten en duurzame consumptie en productie.
Ook op social media is ze een opvallende en positieve verschijning. Met veel humor en rake woorden vertelt ze over haar veganistische en duurzame levensstijl. Juist daardoor valt Mirjam mij al snel op. Omdat plantaardig voedsel en duurzaamheid constant het nieuws halen, ben ik benieuwd hoe zij tot deze levensstijl is gekomen.

Zoals Mirjam zelf zegt: van een snelle sales chick ging ze naar een groene activist. Dat was een geleidelijk proces.
“Ik belandde voor mijn werk in de veterinaire farmaceutische industrie. Dat gebeurde eigenlijk per toeval. Er was een vacature voor een medewerker die Russisch sprak. Dat spreek ik, ik heb onder meer Russisch gestudeerd. Mijn toenmalige vriend raadde me aan om te solliciteren, omdat het uitstekende secundaire arbeidsvoorwaarden had.. Ik solliciteerde en werd aangenomen.
Het bedrijf produceerde medicijnen voor dieren. Naar buiten communiceerde het vooral over hun producten voor huisdieren zoals honden en katten. Over productiedieren, die uiteindelijk als voedsel eindigen, werd minder gesproken.
Mijn ex-vriend was ondertussen een echte vleeseter. Pas toen we uit elkaar gingen, ben ik volledig vegetarisch gaan eten. Achteraf gezien is het vreemd dat ik dat niet eerder deed, maar ik was geen keukenprinses. Hij kookte meestal en hield van vlees.”

Uiteindelijk gaat het toch een beetje knagen bij Mirjam. Haar werk komt niet overeen met haar belief system.
“Op mijn werk kreeg ik vaak de vraag hoe ik mijn vegetarische levensstijl combineerde met een baan in de veterinaire farmacie. Een logische vraag, want het botste met mijn overtuigingen. Maar ik had een huis, een hond en rekeningen die betaald moesten worden. Het was daardoor makkelijk om dat conflict te negeren.
In Brabant, waar ik woon, zie je overal veehouderijen en vrachtwagens vol varkens en kippen. Dat vond ik vreselijk, maar zodra ik op mijn werk zat, was het gewoon weer ‘back to business’
Toen ontmoette ik mijn huidige partner, een veganist die van koken houdt. Dat was een geluk, want ik ben zoals gezegd geen held in de keuken. Hij stelde voor om voor mij vegetarisch te koken en voor zijn kinderen vlees, omdat zij dat nog aten. Voor zichzelf bleef hij veganistisch koken. Maar ik dacht: waarom moeilijk doen? Veganistisch eten voldoet aan alle criteria van vegetarisch eten.”

Voor Mirjam was er geen plotselinge ommezwaai. Ze nam het stap voor stap, met elke dag als een nieuwe kans.
“Met zijn kookkunsten liet hij me zien hoe lekker en toegankelijk veganisme kan zijn. Mijn grootste drempel was het idee dat het te ingewikkeld zou zijn. Maar tegenwoordig ligt er zoveel in de schappen dat het eigenlijk geen uitdaging meer is. Dus waarom niet?
Wij wonen niet samen, dus als hij bij mij was, kookte hij veganistisch. In het begin at ik thuis nog vegetarisch, maar langzaamaan veranderde dat.
Op een reis naar de VS, in New York en Washington, at ik alleen maar veganistisch. Dat beviel zo goed dat ik besloot om volledig over te stappen.
Elke ochtend zei ik tegen mezelf: ‘Vandaag eet ik veganistisch’. Zo legde ik geen onnodige druk op mezelf. In plaats van te denken dat ik voor altijd en overal 100% vegan moest zijn, nam ik het dag voor dag.
Natuurlijk heb ik wel eens ‘gefaald’. Een keer in een restaurant begrepen ze me verkeerd, en ik voelde me zo flauw – ik lag zowat onder de tafel – dat ik gewoon at wat er geserveerd werd. Het was in elk geval vegetarisch. Ik kon het terugsturen en laten weggooien, of ik kon het gewoon eten en morgen opnieuw beginnen. Ik koos voor dat laatste.
En zo is veganisme voor mij een gewoonte geworden. Niet perfect, maar wel bewust en duurzaam.”

Vaak hoor je dat mensen de overstap wel willen maken, maar dat ze bang zijn dat ze dan weinig meer kunnen eten.
“Voor mij was de overstap naar veganisme helemaal niet zo moeilijk. Dat kwam grotendeels doordat mijn partner degene is die meestal de boodschappen doet. Hij plant en koopt het meeste, en dat maakt een enorm verschil. Het valt of staat met een goede voorbereiding.
Mijn aanpak was simpel: elke dag opnieuw het voornemen maken. Maar ook praktisch nadenken: Wat wil ik eten? Wat heb ik daarvoor nodig?
Vroeger deed ik dat niet. Na een lange werkdag, op hoge hakken, liep ik uitgeput de supermarkt in. Ik had honger en geen energie meer om te koken. Dan werd het vaak gewoon een pizza. Maar ik wist: dit werkt niet. Ik moest beter plannen. Recepten klaar hebben, ingrediënten in huis halen; dat maakte alles veel makkelijker.
Daarnaast heb ik een hele sterke motivatie. Ik wil niet bijdragen aan dierenleed, ik wil juist bijdragen aan de oplossing. Dat doel is voor mij zo helder dat het in mijn systeem zit. Dit ben ik nu.
Ik wil niets meer eten met dierlijke ingrediënten. Misschien is dat op sommige momenten iets lastiger, maar hoe moeilijk is het nu echt? Het is puur een luxeprobleem.
Dat geldt ook voor duurzaamheid. Sommige dingen die ik doe, vinden anderen misschien overdreven. Maar voor mij kost het totaal geen moeite. Het draait om het grotere doel, dat voor ogen houden en tegelijkertijd de obstakels wegnemen. Hoe makkelijker je het voor jezelf maakt, hoe vanzelfsprekender het wordt.”

Een veelgehoord argument tegen veganisme is dat we dierlijke producten nodig hebben door de voedingsstoffen. Toch brengt een veganistisch dieet behoorlijk wat voordelen met zich mee. Dierlijke producten zijn vaak duur en kunnen, afhankelijk van de consumptie, nadelige gevolgen hebben voor de gezondheid. Sommige onderzoeken suggereren zelfs dat veganisten gemiddeld zo’n tien jaar langer leven dan de grootste vleeseters.
“Eerlijk gezegd, ik vind het onzin dat we dierlijke producten nodig zouden hebben. Voor mij draait veganisme vooral om ethiek en dierenwelzijn, maar ik wil ook lekker eten. Dat zijn de belangrijkste aspecten voor mij.
Veel mensen gebruiken het gezondheidsargument eigenlijk als een smoes. Het gaat vaak niet om een echte zorg voor hun gezondheid, maar meer om het vinden van een rechtvaardiging voor hun eetgewoonten. Terwijl er juist talloze onderzoeken zijn die aantonen dat vlees niet per se gezond is. Sterker nog, in veel gevallen wordt vleesconsumptie juist in verband gebracht met gezondheidsproblemen. Kijk de film ‘Fork over knives’ maar eens.
Voor mij is het duidelijk: vlees is niet nodig, niet voor onze gezondheid en zeker niet vanuit ethisch oogpunt. En als we de keuze hebben om beter te doen, waarom zouden we dat dan niet doen?
Voel ik me gezonder als veganist? Persoonlijk merk ik niet veel verschil. Maar dat komt waarschijnlijk omdat ik al jarenlang vegetarisch at en de overgang naar veganisme heel geleidelijk ging. Mijn partner loopt marathons en hij zweert bij plantbased. Hij zegt dat hij zich nooit meer moe voelt.
Voor mij is gezondheid nooit een doorslaggevend argument geweest. Uiteindelijk kun je als veganist net zo gezond of ongezond eten als iemand die wél vlees eet. Het draait allemaal om de keuzes die je maakt binnen je dieet.”

Er is de laatste tijd veel te doen om bewerkt voedsel. Het wordt gezien als een groot probleem voor de volksgezondheid. Omdat Mirjam zich inzet voor duurzame consumptie en productie, is het voor haar een doorn in het oog.
“Als je kijkt naar al het bewerkte voedsel dat in de supermarkt ligt, schrik ik altijd van de enorme hoeveelheid. Het is beangstigend als je beseft wat er allemaal geproduceerd wordt en hoe makkelijk we het accepteren. We wéten dat veel van deze producten niet goed voor ons zijn, en toch blijven ze gewoon in de schappen liggen. Waarom doen we dat? Waarom veranderen we het niet?
Misschien hangt dit samen met de andere dingen die we doen die eigenlijk ook niet houdbaar zijn. We weten dat we op de rand van een vulkaan dansen, maar we dansen vrolijk door. En zolang consumenten blijven kopen, blijven producenten het maken. De marketingmachine draait door, het wordt ons aangepraat en wij blijven het slikken, letterlijk en figuurlijk.
Er zijn drie partijen die invloed hebben op dit systeem. De consument, want wat wij kopen, bepaalt uiteindelijk de vraag. De producent, want die reageert op die vraag, maar stuurt ons ook met marketing en productontwikkeling. En de overheid, want die zou regels en wetgeving kunnen aanpassen om gezondere en duurzamere keuzes te stimuleren.
We moeten als consument laten zien dat we verandering willen. Elke aankoop is een stem. Als je kiest voor duurzame producten of bij een biologische winkel koopt in plaats van bij een standaard supermarkt, geef je een ander signaal af. Maar de verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij ons.
Het is een spel dat we samen moeten spelen: consument, producent en overheid. Alleen samen kunnen we écht iets veranderen.”

De term ‘vegan’ kan ook gevoelens oproepen van gemis en achterstelling. Je ziet dan ook vaak verzet bij mensen. Psychologen noemen dat cognitieve dissonantie. Een gevolg is bijvoorbeeld dat men meer vlees gaat eten dan anders, of dat ze de neiging krijgen enorm verzet te bieden als ze in een gesprek belanden over veganisme.
“Ik hoef niet iedereen te overtuigen. Ik blijf respectvol, ook als anderen dat niet zijn. Soms ontstaan juist mooie gesprekken met mensen die eerst niets van veganisme moeten hebben. En wie weet, misschien leer ik ook iets van hen.
Mijn waarheid blijft zich ontwikkelen, en daar sta ik altijd voor open.”

Ik vraag Mirjam naar haar hoop voor de toekomst.
“Als ik kijk naar de toekomst, hoop ik dat we met z’n allen anders gaan denken over de rol van de mens op deze aarde. Vaak denken we dat de mens boven alles staat, en dat we recht hebben om de natuur en dieren te gebruiken zoals wij willen. Wat ik zou willen zien, is dat we de waarde van de natuur en de intrinsieke waarde van dieren meer gaan erkennen. Als we dat doen, kunnen we misschien op een andere manier gaan handelen.
We zien nu al wat er misgaat op het gebied van klimaatverandering. We zeggen vaak dat de gevolgen ver weg zijn, maar ze zijn dichterbij dan we denken. Klimaatverandering is niet iets wat ‘aan de andere kant van de wereld’ gebeurt, maar het is al hier, dichtbij. Ik zou graag zien dat we de waarde van alles om ons heen meer gaan erkennen en dat we daarnaar gaan handelen. Mijn droom is een rechtvaardige wereld, waar we zowel voor elkaar als voor de natuur zorgen.”

Nieuwsgierig geworden naar Mirjam? Ga dan naar haar site: https://mirjamvanelst.com/