
Bijna iedereen kent de iconische foto van de lange rij klimmers op Mount Everest. Bergbeklimmen wordt tegenwoordig vaak geassocieerd met mensen die, met gevaar voor eigen leven, alles overhebben voor dat ene perfecte plaatje op de top.
Voor Melvin Redeker is bergbeklimmen juist het tegenovergestelde. Wanneer ik hem via Teams spreek en we over zijn passie beginnen, zie ik hem helemaal opbloeien. Zijn ogen lichten op en je merkt dat hij de bergen waarover hij vertelt bijna voor zich ziet. Binnen no-time neemt hij me mee in zijn wereld, even ben ik daar met hem.
Maar zijn verhaal gaat verder dan alleen de liefde voor bergen. Tijdens zijn carrière als bergsporter kwam Melvin voor meerdere uitdagingen te staan, die hij met moed en vastberadenheid heeft overwonnen. Niet voor niets noemt hij zichzelf een spreker met een doorleefd verhaal. Want dat doet hij tegenwoordig. Naast expedities op de mooiste bergen en in de diepste oceanen geeft hij inspirerende presentaties en webinars om zijn verhaal te vertellen.
Melvin beklom zijn eerste bergtoppen toen hij veertien jaar was.
“Mijn fascinatie voor bergen begon tijdens bergwandelingen met mijn ouders. Zoals elke puber vond ik dat destijds vreselijk saai en vermoeiend. Vakantie betekende voor mij ontspannen, niet inspannen.
Alles veranderde toen ik de kans kreeg om een bergbeklimcursus te volgen.
In een groep met andere tieners ontdekte ik de magie van de bergen. Ik herinner me nog goed de eerste keer dat ik over een gletsjer liep. Het was adembenemend en onvergetelijk. Vanaf dat moment was ik verkocht; het virus voor het klimmen had me volledig in zijn greep.
Tijdens de cursus leerden we niet alleen buiten de gebaande paden te gaan, maar ook alles over de juiste materialen, veiligheid, reddingstechnieken en hoe je het terrein moet lezen. Wat me vooral raakte, was de sterke kameraadschap die ontstond. Op de berg vorm je een team. Je zit letterlijk samen aan het touw vast.
Het klinkt misschien gek, maar hoe hard ik het ook probeer, ik kan me mijn allereerste ervaring in de bergen niet goed herinneren. Wat ik wél zeker weet, is dat het met mijn vader geweest moet zijn.
Maar mijn eerste echte beklimming van een hoge berg staat me nog haarscherp voor de geest. Tijdens de beginnerscursus klommen we naar de top van de Tête Blanche in Zwitserland. Het was een ervaring die een diepe indruk op me heeft achtergelaten.”
Op de site van Melvin staat de quote: “de top is de ambitie, de route de obsessie”. Ik vraag wat deze zin voor hem betekent.
“Deze woorden raken precies de kern: het draait om de manier waarop je een berg beklimt. Net zoals mensen verschillend in het leven staan, heeft elke bergbeklimmer zijn eigen filosofie over hoe je een klim benadert. Daarom heb ik juist deze quote gekozen, voor mij zegt het alles. De route die je kiest en de manier waarop je de berg beklimt, is minstens zo belangrijk, misschien zelfs belangrijker, dan het bereiken van de top.
Wij klimmen in kleine teams, met zo min mogelijk hulpmiddelen, en kiezen altijd de steilste route. We maken geen gebruik van hoogtedragers, extra zuurstof of andere onnodige hulpmiddelen.
Dat verschilt sterk van de commerciële klimmers, die een heel andere aanpak hanteren. Zij volgen een gids die alle beslissingen voor hen neemt en alles regelt.
Dit is ook hoe commerciële Himalaya-expedities werken: de deelnemers hoeven weinig zelf te doen. Sherpa’s zetten de kampen op, koken het eten, dragen de uitrusting naar boven, maken de route veilig en bepalen wanneer de toppoging wordt ondernomen. Sommige klimmers huren zelfs extra sherpa’s in, die hen de hele route begeleiden en extra materiaal, zoals zuurstofflessen, dragen. Commercieel gezien is dat een enorm succes, maar voor mij biedt dat niet de uitdaging die ik zoek.
Het een is niet per se beter dan het ander. Er bestaan verschillende stromingen binnen het bergbeklimmen, en uiteindelijk kiest iedereen de aanpak die het beste bij hem of haar past.”
Melvin heeft al snel een eigen stijl en filosofie gevonden. Hij ontwikkelde zich tot een bergbeklimmer met een voorliefde voor de steilste bergwanden. Hij noemt het verticaal klimmen op de grens van zijn moed.
“Voor mij draait bergbeklimmen om alles zelf doen en de uitdaging is om het zo steil mogelijk te maken. We klimmen in kleine teams van maximaal vier personen, zonder extra zuurstof en met zo min mogelijk uitrusting. De charme zit in het zelf opzetten van kampen, het uitstippelen van de route, het dragen van al je spullen en vooral het nemen van je eigen beslissingen. Ook de verticale stukken klimmen we zelf en daarvoor heb ik keihard moeten trainen.
Daarom kies ik bewust voor de moeilijkste bergen. Ik wil geen berg waar je simpelweg omhoog kunt wandelen. Wij beklimmen geen commerciële bergen, maar juist pieken die zelden of nooit zijn bedwongen. Of we kiezen een route die nog nooit eerder is genomen.
Minstens zo belangrijk is dat het hele team samen de top bereikt. In een klein team kan dat ook niet anders, we zijn volledig op elkaar aangewezen. Als iemand zich niet goed voelt of ziek wordt, laten we diegene niet achter. Bij commerciële expedities kan dat wel, dankzij de vele mensen en kampen langs de route. Maar wij nemen de verantwoordelijkheid voor elkaars veiligheid, ook als dat betekent dat we onze eigen toppoging moeten opgeven.
Onze filosofie draait ook om efficiëntie: zo min mogelijk kampen, zo veel mogelijk klimmen en zo weinig mogelijk sjouwen. We nemen alleen mee wat écht nodig is, geen gram meer. Alles gebeurt op eigen kracht.
Bovendien zijn er op de bergen die wij beklimmen geen reddingsdiensten. Als er iets gebeurt, moeten we het samen oplossen. Breekt iemand een been? Dan is het aan ons om diegene veilig terug naar het basiskamp te krijgen. Dat besef maakt onze manier van klimmen niet alleen fysiek, maar ook mentaal de ultieme uitdaging.”
Ook Melvin maakte als jonge klimmer zo zijn fouten. Hij is een aantal keer door reddingsdiensten van de bergen gehaald.
“Dat was vooral in de Alpen, in de beginfase, toen ik nog alles moest leren en ontdekken. Ik was jong en ambitieus, maar miste de ervaring. In zo’n fase heb je een mentor nodig die je begeleidt en een spiegel voorhoudt, maar die had ik destijds niet. Gelukkig is dat tegenwoordig veel beter geregeld in de bergsportwereld. Met de NKBV Expeditie Academie krijgen jonge, ambitieuze klimmers nu begeleiding van zeer ervaren bergbeklimmers.
Omdat ik alles zelf moest ontdekken, heb ik meerdere keren verkeerde beslissingen genomen. Er was niemand die me waarschuwde als ik iets deed wat niet verstandig was en in de bergen worden fouten meteen afgestraft. Zo had een teamgenoot ooit een gebroken stijgijzer terwijl we een steile ijswand van 1000 meter beklommen. Nu zou ik daar beter op kunnen anticiperen, maar destijds was het onze eerste wintertocht, en meteen een zware route. Achteraf gezien was het misschien niet de verstandigste keuze, maar gelukkig konden we de reddingsdienst alarmeren.
Mobiele telefoons hadden we toen nog niet, dus moesten we een lichtkogel afschieten en hopen dat iemand ons zou zien. We brachten de hele nacht door in afwachting van hulp. Uiteindelijk kwam er een helikopter, maar die kon niet landen. Een reddingswerker werd aan een kabel neergelaten en haalde ons één voor één van de wand.
Deze momenten brachten me niet aan het twijfelen over klimmen, maar ze waren wel enorm leerzaam. Je leert reflecteren op jezelf. De bergen zijn meedogenloos. Je kunt jarenlang alles goed doen, maar één fout op het verkeerde moment kan fataal zijn. Daarom is zelfreflectie essentieel. Het feit dat iets goed afloopt, betekent niet altijd dat je de juiste beslissingen hebt genomen. Soms is het gewoon geluk. Zelfs de meest ervaren klimmers kunnen op een cruciaal moment een fout maken.”
Naast het technische aspect van klimmen, is het voor Melvin zoveel meer.
“In de Himalaya kun je nog echt pionieren en ontdekken. Met mijn voorliefde voor verticale wanden beklim ik steile wanden van 500 tot 1600 meter hoog. Om dat te kunnen doen, is jarenlange training en ervaring nodig. Maar ondanks de fysieke en mentale inspanning ben ik tegelijkertijd altijd aan het genieten.
Hoog in de bergen hoor je gedempte geluiden uit het dal. Hoe ver weg ze ook zijn, een toeterende auto op een weg kilometers verderop klinkt als een dof, ver verwijderd geluid. Ondertussen bevind je je in een compleet andere wereld. Je kijkt neer op de bewoonde wereld, terwijl je zelf ver daarboven hangt. Dat geeft een onbeschrijfelijk gevoel van afstand en vrijheid.
Daarboven ben je volledig afhankelijk van jezelf en je team. Je begeeft je in pure oernatuur, ver weg van de gebaande paden. Dat gevoel begint al zodra je boven de boomgrens komt. Daar zijn, daar klimmen, dat is iets wat nauwelijks in woorden te vatten is. Je bent teruggeworpen op je eigen vaardigheden, je team en je doorzettingsvermogen en dat geeft een enorme voldoening.
Maar juist in deze ongerepte natuur is kennis essentieel. Je moet een berg kunnen ‘lezen’. Waar vallen stenen? Waar dreigt lawinegevaar? Welke rotsen zitten los? Veiligheid begint met begrijpen hoe de berg leeft en beweegt. Alleen met die kennis kun je daar écht veilig klimmen.”
Al meer dan 25 jaar leidt Melvin expedities met als doel grenzen te verkennen en te verleggen, van de oceaanbodem tot de steilste toppen van de Himalaya. Dat ging niet zonder slag of stoot.
“Mijn weg naar waar ik nu sta, is allesbehalve rechtlijnig geweest. Op een gegeven moment werd ik getroffen door de ziekte van Lyme, waardoor ik lange tijd niet kon klimmen. Ik was ernstig ziek en kon bijna niets meer. Een groot deel van de dag bracht ik in bed door. Gelukkig begon ik na verloop van tijd deels te herstellen. Ik kon weer wat, maar klimmen zat er niet in.
Op dat punt moest ik mezelf opnieuw uitvinden. Ik ging op zoek naar wat wél mogelijk was en zo kwam ik in aanraking met duiken en de onderwaterwereld. Het bijzondere aan duiken is dat je je juist niet te veel moet inspannen vanwege het risico op decompressieziekte. Je moet rustig blijven en in balans zijn, en precies dat paste op dat moment perfect bij mij.
Al snel greep de oceaan me. De onderwaterwereld is ongelooflijk fascinerend: 70% van het aardoppervlak bestaat uit zee en 90% daarvan is nog nauwelijks in kaart gebracht. In lijn met mijn filosofie van het ontdekken van nieuwe routes, bood duiken me prachtige kansen om onbekende werelden te verkennen. Ik volgde cursussen, werd steeds fitter en ontwikkelde me tot een ervaren duiker. Mijn klimervaring gebruikte ik om zee-expedities op te zetten, en zo dook ik naar een deel ongerepte zeebodem van de Noordzee, waar de oorspronkelijke bodem nog onaangetast is en niet omgewoeld door visserij. Ook ontdekte ik hotspots van biodiversiteit.
Daarnaast verkenden we gebieden boven de poolcirkel. Op 60 meter diepte vonden we koralen die normaal alleen op 700 meter diepte voorkomen, een ongelooflijke ontdekking. De onderwaterwereld is adembenemend. Op het land vluchten dieren vaak als je ze nadert, maar in de oceaan accepteren ze je snel. Zo zwommen zeehonden achter me aan en knabbelden ze speels aan mijn vinnen. Ik heb op armlengte afstand naast orka’s, walvissen en bultruggen gezwommen. Dat zijn ervaringen die ik nooit zal vergeten.”
Melvin komt opnieuw voor een uitdaging te staan. Door zijn positieve inslag geeft hij niet op, en weet hij het zelfs om te zetten in een nieuwe kans.
“Net toen we volop bezig waren met nieuwe plannen en expedities, kreeg ik last van mijn oor. Een kleine ingreep zou het probleem moeten verhelpen, maar de klachten gingen niet weg. Tijdens het duiken kon ik de drukverschillen steeds slechter opvangen, waardoor ik vaker mijn duiken moest afbreken. Op een gegeven moment, aan de andere kant van de Noordzee, werd het duidelijk: ik moest onder ogen zien dat mijn lichaam niet langer geschikt was voor duiken. Mijn evenwichtsorgaan begon zelfs problemen te geven. Het was een harde, pijnlijke beslissing, maar ik moest stoppen. Het opende echter ook nieuwe deuren, namelijk een terugkeer naar mijn eerste passie: de bergen.
Ik was in de loop der tijd volledig hersteld van de Lyme, en daardoor kon ik het klimmen weer oppakken. Ik begon vanaf nul en trainde jarenlang zes, zeven keer per week, uren per dag. Dit was geen proces van een paar maanden, maar van vijftien jaar hard werken.
Inmiddels ben ik weer volop aan het klimmen. Afgelopen winter maakte ik tochten waar ik altijd van had gedroomd en deze week heb ik de beruchte noordwand van de Eiger in Zwitserland beklommen. Ik heb mezelf opnieuw uitgevonden. De afgelopen jaren vroegen enorm veel van mijn veerkracht en aanpassingsvermogen, maar uiteindelijk hebben ze me gevormd tot wie ik nu ben. Ook daarin kwam mijn ervaring in de bergen van pas. Je leert daar alles over doorzetten.”
Melvin heeft door de jaren heen vele expedities ondernomen. Ik ben benieuwd of er een tocht is die de meeste indruk op hem heeft gemaakt.
“Op deze vraag zijn meerdere antwoorden mogelijk. Mijn hoop is natuurlijk altijd dat de mooiste expeditie nog moet komen, misschien wel de volgende. Op dit moment ben ik samen met een klimmaatje onze opties voor 2026 aan het verkennen. Daar kan ik nog niet te veel over zeggen, want bij de bergen die wij kiezen is het altijd de vraag of we een permit krijgen. Deze toppen zijn nooit eerder beklommen en staan vaak niet op de lijstjes van de autoriteiten die toestemming moeten geven.
Maar als ik terugkijk op wat ik al heb gedaan, springt één expeditie er met kop en schouders bovenuit: de beklimming van de Thalay Sagar. Dit is zonder twijfel mijn mooiste én meest succesvolle expeditie. Thalay Sagar is de steilste berg in de Himalaya die ooit door een Nederlands team is beklommen, en bovendien de hoogste berg waarop Nederlanders een nieuwe route hebben geopend.
Wat deze beklimming zo bijzonder maakte, was dat we een wand kozen die nog nooit eerder was beklommen. De bergtop zelf is in 25 jaar tijd slechts zes of zeven keer bereikt. Wij waren het achtste team ooit dat de top haalde. En niet alleen dat: we hebben een nieuwe, extreem steile route geklommen, inclusief passages met overhangende secties. We wisten van tevoren niet eens zeker of het mogelijk zou zijn, maar we besloten het toch te proberen.
Het was de ultieme teamprestatie. Elk teamlid bracht zijn eigen kwaliteiten mee en iedereen zette zich maximaal in. We waren met z’n drieën, hebben alle drie de top bereikt en zijn veilig teruggekeerd. Veel mooier dan dat wordt Himalaya-klimmen niet.”
Tijdens het klimmen gebeurt er meer dan alleen bezig zijn met de klim op zichzelf. Op de bergen komt Melvin tot inzichten die zijn leven veranderen.
“Tijdens expedities krijg je inzichten op verschillende niveaus. Op individueel niveau ontdek je dat je veel meer aankunt dan je zelf denkt. Je balanceert constant op de grens van je fysieke en mentale mogelijkheden. Weinig eten, weinig slaap, de uitdagende hoogtes en steile wanden. Het is een enorme belasting. Op zulke momenten besef je hoe afhankelijk je bent van je team. Alleen samen kun je daar overleven.
Daarnaast heb ik een diepgaand besef gekregen van hoe bijzonder onze planeet is. In de Himalaya zie je met eigen ogen hoe gletsjers smelten door klimaatverandering. Een miljard mensen zijn afhankelijk van het smeltwater van deze gletsjers, via rivieren zoals de Ganges. Het is confronterend om te zien hoe vele gletsjers, van de Himalaya tot de Alpen, in rap tempo verdwijnen door ons toedoen. Cijfers zoals “dertig procent van de gletsjers smelt” blijven abstract, maar als je er jaarlijks staat, zie je pas echt wat dat betekent.
Een paar weken geleden was ik in het Mont Blanc-gebied en skiede ik over de gletsjer Mer de Glace. In twintig jaar tijd is hij onherkenbaar veranderd. Waar vroeger een gladde ijsmassa lag, ligt nu een landschap dat meer op de maan lijkt. Bijna al het ijs is verdwenen. Ik was er in februari – normaal een van de koudste maanden van het jaar – en toch hoorde ik stenen vallen langs de zijmorene door de warmte. Dat is ronduit schokkend. De enige manier om dit te stoppen, is wereldwijd verduurzamen en onze klimaatdoelen halen.
Op de berg heb ik geleerd hoe weinig een mens eigenlijk nodig heeft om te overleven en functioneren. In onze maatschappij is alles binnen handbereik, en daardoor zijn we vergeten waar het leven écht om draait. Pas in de bergen besef je dat het draait om de mensen om je heen en de overweldigende natuur. Dáár leer je jezelf echt kennen.
Welke inzichten mijn volgende expeditie me zal brengen, weet ik nog niet. Dat ontdek ik pas als ik daar ben. Of het nu tijdens het klimmen is, het duiken of simpelweg door te observeren, de wereld zit vol plekken waar nog zoveel te leren en ontdekken valt.”
Meer weten over Melvin? Ga dan naar zijn site: https://www.melvinredeker.nl/